Darrenteelt en KI

Dit keer een blogbericht exclusief voor K-telers, inseminatoren en geinteresseerde imkers. De stichting Bee Selective spant zich in om de kunstmatige bevruchting van koninginnen van verschillende rassen in Nederland te bevorderen. Hierbij is varroaresistentie een belangrijk teeltdoel.
Varroa Sensitieve Hygiene is één van de belangrijke eigenschappen, die leiden tot een sterke reductie van de aanwezige mijten in een volk. Hoog vsh-volken kunnen onbehandeld blijven en geven sterke vitale volken en dus hogere honingopbrengsten.
VSH is een recessieve eigenschap, die niet zoals bij dominante eigenschappen, bij één van de ouders aanwezig moet zijn, maar bij beiden aanwezig moet zijn om tot uiting te komen. De koningin moet met darren met VSH-eigenschappen aangepaard worden om de eigenschappen terug te kunnen vinden in de nateelt.
F1-volken met een hoog vsh koningin zorgen ervoor dat een deel van de darren ook hoog vsh eigenschappen hebben. Echter deze darren zullen slechts een beperkte rol spelen op de darrenverzamelplaatsen in de vrije natuur, tenzij er op een bevruchtingstation/eiland tientallen van dergelijke vsh f1 volken staan opgesteld.
Een alternatief hiervoor is kunstmatige bevruchting waarbij de darren van één of enige vsh zustervolken gebruikt kunnen worden, waarmee men op beide ouders kan selecteren. Zo komt de recessieve vsh-eigenschap zichtbaar tot uiting in het nageslacht. Hiervoor dient dit nageslacht nog wel op mijtenbesmetting getest te worden, want hoog vsh is nog steeds geen 100%. Aangezien iedere koningin voorkomt uit één eicel en één spermacel kun je ook nog volledig miskleunen.
Darren hebben slechts één set chromosomen, afkomstig van een onbevruchte eicel van de moeder. De darren dragen dus uitsluitend de eigenschappen van de moeder. De moeder heeft weer de eigenschappen van haar ouders. De darren wijken dus af van de werksters (hun zussen), die 50% afkomstig van de (verschillende) vaders.
Een cursist Koninginnenteelt merkte op na het zien van de eerste rondvliegende darren van zijn nieuwe F1 van een zuivere Zwarte teeltmoer, dat zijn darren veel zwarter waren dan de werksters. Dat bevestigt duidelijk de zuiverheid van de F1 moer, echter vanwege de standbevruchting zijn de werksters niet meer zuiver.
Eventuele genetische afwijkingen zijn daarom zichtbaar in de darren, omdat die geen partnergen hebben, die de andere gen overschaduwd.
Bij de Kunstmatige Inseminatie wordt gebruik gemaakt van 1 dar (Single Drone Inseminatie) of van meerdere darren (Multi Drone Inseminatie) van een volk of van volken met dezelfde F1-zusterkoninginnen om een jonge koningin te bevruchten. Deze volken, die de darren leveren, worden darrenvolken genoemd.
De vrije vlucht van darren is een goede manier van natuurlijke selectie op vitale darren. Darren aangetast met onzichtbare virussen kunnen niet goed vliegen. Soms merken K-telers de net geboren darren met een merkstift, maar dit is veel werk en veel darren vervliegen naar andere kasten op de bijenstand.
Voor deze problemen heb ik dit jaar een oplossing gevonden en beproefd. Ik heb een kast met twee broedkamers uitgerust met 2 vliegopeningen. De beide kamers zijn gescheiden met een moerrooster. De geselecteerde darren worden in de bovenste bk geboren, die eerst ontdaan is van andere darren.
Een week na de geboorte van de darren tbv de KI wordt in de avonduren bij zonnig weer de onderste vliegopening gesloten en de bovenste geopend, dit herhaal je gedurende enige avonden voorafgaande aan de KI. Na een uur zijn alle darren weer terug in hun bovenste bk en worden de openingen verwisseld. De truc is namelijk dat darren uit alle andere volken altijd om 17.30 uur binnen zijn. Tijdens het openen van de bovenste vliegopening wordt de onderste afgedekt met een plaatje multiplex in dezelfde kleur als de kast. De bijen vliegen massaal terug naar de enigste zichtbare bovenste opening.
Andere voorwaarde is de separate opstelling van deze kast, dus niet tussen andere kasten. Wat zeker noodzakelijk is, is dat de vliegopening in de richting van het westen naar de ondergaande zon staat. Je kunt ook zuster F1-volken naast elkaar plaatsen en dezelfde behandeling geven. Laat de darren alleen vrij op dagen waarop in de middag en avond de zon schijnt. Op dagen met bewolking en regen en zon in de avond moet je de darren niet loslaten, want de kans is groot dat ook andere darren later vliegen.
Deze manier van darrenteelt geeft bijna 100% darren, die optimaal veel sperma zullen leveren. Uiteraard op voorwaarde dat de condities tijdens de opkweek van het darrenbroed optimaal was.
In onderstaande video zie je een voorbeeld van een horizontale MiniPlus kast, die gebruikt is bij de darrenteelt.
Ben Som de Cerff, hobby-imker en docent koninginnenteelt
Reacties
Momenteel zijn er nog geen reacties, wees de eerste!
Uw reactie
Blijf op de hoogte
Wilt u automatisch een e-mail ontvangen zodra Ben Som de Cerff een nieuw blogbericht heeft geplaatst?Meldt u zich dan hier aan.